BasisBijbel

Ezechiël 21:4-17 BasisBijbel (BB)

4. Van noord tot zuid zal Ik iedereen met mijn zwaard doden.

5. Iedereen zal beseffen dat Ik, de Heer, mijn zwaard heb getrokken. Ik zal het niet weer opbergen.

6. En jij, mensenzoon, zucht en kreun van diep verdriet. Laat de mensen zien dat je diep bedroefd bent.

7. Als ze je dan vragen: 'Wat zit je toch te kreunen?', moet je antwoorden: 'Vanwege het bericht dat eraan komt. Jullie zullen er allemaal van in paniek raken. Jullie zullen er alle moed door verliezen en doodsbang zijn.' Want dat bericht gaat komen, zegt de Heer."

8. De Heer zei tegen mij:

9. "Mensenzoon, profeteer: Dit zegt de Heer: Kijk, het zwaard! Het zwaard komt! En het is vlijmscherp!

10. Het is geslepen om te slachten, flitsend als de bliksem. Zouden Wij daar blij over zijn? Het is de heersersstaf van mijn Zoon die op de heersersstaven van alle andere koningen neerkijkt!

11. Hij heeft het zwaard klaargemaakt voor gebruik. Het is geslepen om het in de hand van een slachter te leggen.

12. Schreeuw het uit, mensenzoon! Huil! Want het zwaard zal gebruikt worden tegen mijn volk en tegen alle leiders van Israël. Ze zullen erdoor worden gedood, samen met het volk. Wring je handen van verdriet over alles wat het zwaard doet!

13. Want het oordeel komt – en het zwaard is machtiger dan de heersersstaf [ van Juda ]. En wat gebeurt er als die staf er niet meer zal zijn?

14. Mensenzoon, profeteer en wring je handen. Laat het zwaard twee keer toeslaan, ja, zelfs drie keer. De derde keer doodt het zwaard iedereen, van hoog tot laag, tot in de kamers van de huizen.

15. In alle poorten vallen doden. Iedereen is doodsbang, want het zwaard komt van alle kanten. Het is gemaakt om te flitsen als de bliksem. Het is geslepen om te slachten.

16. Sla om je heen, zwaard, sla rechts, draai je om, hak links. Dood waar je maar kan.

17. Ook Ik zal mijn handen wringen. En dan zal Ik stoppen met mijn straf. Ik, de Heer, zal doen wat Ik heb gezegd."