BasisBijbel

Exodus 37:20-29 BasisBijbel (BB)

20. Op de middelste steel van de kandelaar maakte hij een lamphouder in de vorm van vier amandelen, met amandelbloesems en bloemknoppen.

21. Ook onder het eerste, tweede en derde paar armen kwam een bloemknop. Alle zes armen van de kandelaar werden hetzelfde.

22. De bloesems, de bloemknoppen, de armen en de kandelaar waren samen uit één stuk goud gemaakt.

23. En hij maakte er zeven olielampen voor, en scharen om de lonten mee te knippen en lampendovers. Alles was van zuiver goud.

24. Hij maakte alles samen uit 1 talent goud [ (30 kilo) ].

25. Hij maakte van acaciahout het altaar voor het wierook-offer. Het was 1 el [ (45 cm) ] lang en 1 el breed. Vierkant dus. En het was 2 el [ (90 cm) ] hoog. De horens aan het altaar waren één geheel met het altaar.

26. Hij bedekte het hele altaar met zuiver goud: de bovenkant, de zijkanten en de horens. Hij maakte er rondom een opstaande gouden rand op.

27. Hij maakte twee gouden ringen en zette die vast onder de rand, aan de zijkanten. Dat waren de houders voor de draagstokken om het altaar mee te dragen.

28. Hij maakte draagstokken van acaciahout en bedekte die met goud.

29. Hij maakte de heilige zalf-olie en het mengsel voor het wierook-offer, zoals een zalfmaker dat doet.