BasisBijbel

Deuteronomium 2:27-32 BasisBijbel (BB)

27. Ze moesten hem zeggen: 'Mogen we alstublieft door uw land trekken. We zullen op de grote weg blijven en er niet vanaf gaan.

28. Laat ons te voet door uw land trekken. En geef ons alstublieft water en brood. We zullen u ervoor betalen.

29. Het volk van Ezau in Seïr heeft ons ook door hun land laten gaan, en de Moabieten in Ar ook. We willen graag door uw land naar de Jordaan trekken. Die zullen we oversteken naar het land dat onze Heer God ons zal geven.'

30. Maar koning Sihon wilde ons niet door zijn land laten trekken. Want de Heer maakte hem koppig. Hij wilde hem door jullie laten overwinnen, en dat is ook gebeurd.

31. Toen zei de Heer tegen mij: 'Ik zal allereerst Sihon en zijn land aan jullie geven. Verover zijn land.'

32. Koning Sihon kwam ons met zijn hele leger tegemoet. Bij Jahaz viel hij ons aan.