BasisBijbel

Deuteronomium 12:8-16 BasisBijbel (BB)

8. Jullie mogen niet [ meer ] offeren waar je maar wil, zoals jullie tot nu toe hebben gedaan.

9. Tot nu toe was dat goed. Want nu zijn jullie nog niet gekomen op de plaats van de rust, het land dat jullie Heer God aan jullie gaat geven.

10. Maar straks zijn jullie aan overkant van de Jordaan. Dan zullen jullie in het land wonen dat jullie Heer God aan jullie gaat geven. Dan zal Hij jullie aan alle kanten vrede en rust geven. Hij zal ervoor zorgen dat jullie daar veilig wonen.

11. Daar zal jullie Heer God een plaats uitkiezen waar Hij wil wonen. Naar die plaats moeten jullie gaan om de Heer alles te brengen wat ik jullie beveel: jullie brand-offers en vlees-offers, het tiende deel van jullie oogsten, en jullie beweeg-offers en alle belofte-offers.

12. Daar zullen jullie feestvieren bij de Heer God, samen met jullie zonen, dochters, knechten en slavinnen. Nodig ook de Levieten uit die bij jullie wonen, want zij hebben geen eigen stuk grond gekregen zoals jullie.

13. Denk erom dat jullie je brand-offers niet zomaar ergens mogen offeren.

14. Jullie moeten ze offeren in de plaats die de Heer in het gebied van één van jullie stammen zal uitkiezen. Dáár moeten jullie je brand-offers brengen op de manier die ik jullie heb bevolen.

15. Maar als jullie dieren slachten gewoon om te eten, mogen jullie overal in het land net zoveel dieren slachten als jullie zelf willen. Onreine en reine mensen mogen daarvan eten, net zoals van het vlees van een hert [ of ander wild dier ] dat jullie hebben geschoten.

16. Alleen het bloed mogen jullie niet eten. Het bloed moeten jullie op de aarde uitgieten, zoals je water uitgiet.