BasisBijbel

Daniël 3:1-14 BasisBijbel (BB)

1. Op een keer liet koning Nebukadnezar een gouden beeld maken van 60 el [ (27 m) ] hoog en 6 el [ (2,70 m) ] breed. Hij liet het neerzetten in het Dura-dal in de provincie Babel.

2. Daarna liet hij alle bestuurders, ministers, raadgevers, rechters en legeraanvoerders van alle provincies komen. Alle hoge ambtenaren moesten aanwezig zijn bij de inwijding van het beeld.

3. Zo kwamen ze allemaal voor de inwijding van het beeld dat koning Nebukadnezar had laten neerzetten. Ze gingen allemaal vóór het beeld staan.

4. En een dienaar riep luid: "Luister goed naar het volgende bevel, iedereen die hier verzameld is!

5. Zodra de muziek begint te spelen, moeten jullie neerknielen en je diep buigen en het gouden beeld aanbidden dat koning Nebukadnezar heeft neergezet.

6. Wie dat niet doet, zal onmiddellijk in de brandende oven worden gegooid."

7. Daarom boog iedereen zich diep zodra de muziek begon te spelen. Iedereen die daar was, van welk land dan ook, knielde neer, boog zich diep en aanbad het gouden beeld dat koning Nebukadnezar had neergezet.

8. Op dat moment kwamen er een paar Babyloniërs bij de koning. Ze beschuldigden de Judeeërs.

9. Ze zeiden tegen koning Nebukadnezar: "Mijn heer de koning, leef in eeuwigheid!

10. U heeft het bevel gegeven dat, zodra de muziek begon te spelen, iedereen moest neerknielen en zich diep moest buigen om het gouden beeld te aanbidden.

11. Ook heeft u gezegd dat wie dat niet deed, in de brandende oven gegooid zou worden.

12. Mijn heer de koning, een aantal mannen heeft zich niets van u aangetrokken. Het zijn de mannen uit Juda die u heeft aangewezen tot bestuurders van de provincie Babel, namelijk Sadrach, Mesach en Abednego. Ze willen uw goden niet aanbidden. Ook het gouden beeld niet dat u heeft neergezet."

13. Koning Nebukadnezar werd woedend. Hij gaf het bevel om Sadrach, Mesach en Abednego te halen. Ze werden bij de koning gebracht.

14. De koning zei tegen hen: "Sadrach, Mesach en Abednego, is het waar dat jullie weigeren om mijn goden te aanbidden? En dat jullie niet willen neerknielen voor het beeld dat ik heb neergezet?