BasisBijbel

Daniël 2:32-36 BasisBijbel (BB)

32. Het hoofd van het beeld was van zuiver goud, zijn borst en armen waren van zilver, zijn buik en zijden waren van koper,

33. zijn heupen en bovenbenen waren van ijzer en zijn onderbenen en voeten van een mengsel van ijzer en klei.

34. Terwijl u keek, werd er een steen losgehakt, zonder dat een mens dat deed. De steen rolde naar beneden en raakte de voeten van het beeld. Hij verbrijzelde de voeten die van ijzer en klei waren.

35. Onmiddellijk viel het beeld helemaal uit elkaar: het ijzer, de klei, het koper, het zilver en het goud vielen helemaal tot stof uit elkaar. Het stof werd door de wind weggeblazen. Al gauw was er niets meer van te vinden. Maar de steen die het beeld had geraakt, werd groter en groter. Hij werd zo groot als een berg die de hele aarde vulde."

36. [ Daniël zei: ] "Dit is de droom. Nu zal ik u vertellen wat hij betekent.