BasisBijbel

2 Kronieken 36:1-6 BasisBijbel (BB)

1. Toen kroonden de mensen Josia's zoon Joahaz tot koning in Jeruzalem, in de plaats van zijn vader.

2. Joahaz was 23 jaar toen hij koning werd. Hij regeerde drie maanden in Jeruzalem.

3. Toen zette de koning van Egypte hem af. Het land moest een boete betalen van 100 talenten [ (3000 kilo) ] zilver en 1 talent [ (30 kilo) ] goud.

4. Hij maakte Josia's andere zoon, Eljakim, koning van Juda en Jeruzalem. Hij gaf hem een andere naam: Jojakim. Maar Joahaz nam hij gevangen mee naar Egypte.

5. Jojakim was 25 jaar toen hij koning werd. Hij regeerde 11 jaar in Jeruzalem. Hij leefde niet zoals de Heer het wil.

6. Daarom viel koning Nebukadnezar van Babel hem aan. Hij veroverde Jeruzalem en nam Jojakim gevangen. Hij boeide hem met twee koperen ketenen en nam hem zo mee naar Babel.