BasisBijbel

2 Kronieken 10:14-19 BasisBijbel (BB)

14. Hij zei tegen hen wat de jonge mannen hem hadden aangeraden. Hij zei: "Mijn vader heeft jullie hard laten werken, maar ik zal jullie nog veel harder laten werken. Mijn vader heeft jullie met zwepen geslagen, maar ik zal jullie met schorpioenen slaan!"

15. De koning luisterde dus niet naar het volk. Want de Heer wilde werkelijkheid maken wat Hij door de profeet Ahia uit Silo had gezegd tegen Jerobeam.

16. De Israëlieten merkten dat de koning niet naar hen wilde luisteren. Daarom zeiden ze tegen hem: "Dan willen we niets meer met Davids koningshuis te maken hebben! U, de kleinzoon van David, hoeft over ons geen koning meer te zijn. Naar huis, Israëlieten! Het koningshuis van David moet maar zien wat het doet!" En ze gingen naar huis.

17. Maar over de Israëlieten die in de steden van Juda woonden, werd Rehabeam wel koning.

18. Koning Rehabeam stuurde Adoram erop af om de mensen weer aan het werk te zetten, maar ze gooiden hem met stenen dood. Koning Rehabeam kon zelf maar nét ontsnappen door op zijn wagen te klimmen en naar Jeruzalem te vluchten.

19. Zo werden de Israëlieten ontrouw aan de familie van David. En dat is zo gebleven. (lees verder)