BasisBijbel

2 Koningen 18:3-12 BasisBijbel (BB)

3. Hizkia leefde zoals de Heer het wil, net zoals zijn voorvader koning David.

4. Hij haalde de altaren weg, sloeg de godenbeelden stuk en hakte de heilige palen om. Ook sloeg hij de koperen slang kapot die Mozes had gemaakt. Want de mensen waren die slang gaan aanbidden en brachten er offers aan. Hij werd Nehustan genoemd.

5. Koning Hizkia vertrouwde op de Heer, de God van Israël. Ná hem heeft Juda nooit meer zo'n koning gehad, en ook vóór hem had Juda nog nooit zo'n koning gehad.

6. Hij was helemaal trouw aan de Heer. Hij hield zich helemaal aan de wetten en leefregels die de Heer aan Mozes gegeven had.

7. Daarom was de Heer met hem. Hij won elke oorlog. Op een dag kwam hij in opstand tegen de koning van Assur en betaalde hem geen belasting meer.

8. Verder versloeg hij de Filistijnen tot aan Gaza. Hij verwoestte alle wachttorens, dorpen en steden in het hele gebied.

9. Koning Hizkia was bijna vier jaar koning van Juda (en Hosea, de zoon van Ela, was toen zeven jaar koning van Israël) toen koning Salmaneser van Assur met zijn leger naar Samaria trok en de stad omsingelde.

10. Toen de stad zich na drie jaar overgaf, was Hizkia zes jaar koning van Juda en Hosea negen jaar koning van Israël.

11. De koning van Assur nam de bevolking van Israël gevangen mee naar Assur. Hij bracht hen naar de steden Hala en Habor die langs de rivier de Gozan liggen en naar de steden van Medië. Daar moesten ze gaan wonen.

12. Dat was omdat ze niet hadden geluisterd naar de Heer God en ze zich niet aan zijn verbond hadden gehouden. Ze hadden niets gedaan van de dingen die de Heer hun door Mozes had bevolen.