BasisBijbel

2 Koningen 15:7-21 BasisBijbel (BB)

7. Azarja stierf en werd begraven bij de andere koningen in de 'Stad van David.' Zijn zoon Jotam werd na hem koning van Juda.

8. Toen Azarja 38 jaar koning van Juda was, werd Zacharia, de zoon van Jerobeam, koning van Israël. Hij regeerde zes maanden in Samaria.

9. Hij leefde niet zoals de Heer het wil, net zoals zijn voorvaders. Hij deed dezelfde slechte dingen als vroeger koning Jerobeam, de zoon van Nebat, had gedaan. En door zijn schuld deed Israël dezelfde slechte dingen als hij.

10. Sallum, de zoon van Jabes, smeedde een samenzwering tegen de koning. Hij doodde hem voor de ogen van het volk en werd zelf koning van Israël.

11. De rest van wat Zacharia allemaal heeft gedaan, staat opgeschreven in de boeken met de geschiedenis van de koningen van Israël.

12. Zo is gebeurd wat de Heer tegen koning Jehu had gezegd: 'Jouw zoon, je kleinzoon en de zoon van je kleinzoon zullen ná jou nog koning van Israël zijn. Maar daarna niet meer.'

13. Sallum, de zoon van Jabes, werd koning van Israël toen Azarja 39 jaar koning van Juda was. Hij regeerde één maand in Samaria.

14. Toen trok Menahem, de zoon van Gadi, uit Tirza met een leger naar Samaria, doodde Sallum en werd koning in zijn plaats.

15. De rest van wat Sallum allemaal heeft gedaan, met zijn samenzwering, staat opgeschreven in de boeken met de geschiedenis van de koningen van Israël.

16. Toen Menahem met zijn leger op weg was naar Samaria, hadden de bewoners van de stad Tifsa geweigerd hem in de stad binnen te laten. Ze hadden de poorten voor hem dicht gedaan. Daarom veroverde hij Tifsa en doodde alle bewoners, zelfs de vrouwen die in verwachting waren.

17. Toen Azarja 39 jaar koning van Juda was, werd Menahem, de zoon van Gadi, koning van Israël. Hij regeerde 10 jaar in Samaria.

18. Hij leefde niet zoals de Heer het wil. Hij deed precies dezelfde slechte dingen als vroeger koning Jerobeam, de zoon van Nebat, had gedaan. En door zijn schuld deed Israël dezelfde slechte dingen als hij.

19. Koning Tiglat-Pileser van Assur trok met zijn leger naar Israël. Menahem gaf 1000 talenten [ (30.000 kilo) ] zilver aan koning Tiglat-Pileser. Zo kocht hij koning Tiglat-Pileser om, om zelf koning te kunnen blijven en zijn macht te vergroten.

20. Hij liet dat bedrag betalen door de rijke mensen van Israël. Ze moesten 50 sikkels [ (550 gram) ] zilver per persoon betalen. Toen ging de koning van Assur naar zijn land terug en liet Israël verder met rust.

21. De rest van wat Menahem allemaal heeft gedaan, staat opgeschreven in de boeken met de geschiedenis van de koningen van Israël.