BasisBijbel

2 Koningen 12:17-21 BasisBijbel (BB)

17. Op een dag viel koning Hazaël van Aram met zijn leger Gat aan en veroverde het. Daarna bereidde hij zich voor om Jeruzalem aan te vallen.

18. Toen liet koning Joas van Juda alle geschenken halen die de koningen Josafat, Joram en Ahazia vroeger aan de tempel hadden gegeven. Ook alles wat hijzelf aan de tempel had gegeven. Verder haalde hij al het goud uit de schatkamers van de tempel en van het koninklijk paleis. Hij liet alles [ als geschenk ] naar koning Hazaël brengen. Toen trok koning Hazaël met zijn leger weg van Jeruzalem.

19. De rest van wat Joas allemaal heeft gedaan, staat opgeschreven in de boeken met de geschiedenis van de koningen van Juda.

20. Twee van zijn dienaren smeedden een samenzwering tegen hem. Ze vermoordden Joas in het huis de Millo, dat op de helling van Silla ligt.

21. Dat waren Jozachar de zoon van Simeat, en Jozabad de zoon van Somer. Zij vermoordden Joas. Hij werd begraven bij de andere koningen in de 'Stad van David.' Zijn zoon Amazia werd na hem koning van Juda.