BasisBijbel

1 Samuel 25:25-28 BasisBijbel (BB)

25. Let toch niet op die man van niets, op Nabal. Want zijn naam zegt wat hij is: hij heet Nabal [ (= dwaas) ] en hij is ook een dwaas. Maar ik wist er niets van dat u mannen gestuurd had.

26. Nu dan, mijn heer, ik zweer bij de Heer en bij u dat het met uw vijanden net zo slecht mag aflopen als met Nabal. De Heer heeft u tegengehouden om zelf wraak te nemen.

27. Nu breng ik u een geschenk, voor de mannen die met u zijn meegekomen.

28. Vergeef mij alstublieft wat ik fout gedaan heb. Ik weet zeker dat de Heer ervoor zal zorgen dat uw familie voor altijd zal blijven bestaan. Want u voert de oorlogen van de Heer. En u heeft uw hele leven nog nooit iets slechts gedaan.