BasisBijbel

1 Samuel 15:17-28 BasisBijbel (BB)

17. Samuel zei: "Toen u uzelf nog een volkomen onbelangrijk mens vond, heeft de Heer u het hoofd van alle stammen gemaakt. Hij heeft u tot koning van Israël gezalfd!

18. Nu heeft de Heer u op weg gestuurd met het bevel: 'Ga en dood die slechte mensen, de Amalekieten. Val hen aan en dood alles en iedereen.'

19. Waarom heeft u niet gedaan wat de Heer gezegd had? Waarom heeft u zich op de buit gestort en bent u Hem ongehoorzaam geweest?"

20. Toen zei Saul tegen Samuel: "Ik heb wél gedaan wat de Heer gezegd heeft. Ik heb Hem gehoorzaamd. Koning Agag heb ik meegebracht, maar de Amalekieten heb ik allemaal gedood.

21. Maar mijn mannen namen van de buit de beste schapen, geiten en koeien mee om aan uw Heer God offers te brengen in Gilgal."

22. Maar Samuel zei: "Geniet de Heer dan net zoveel van brand-offers en vlees-offers als van gehoorzaamheid? Gehoorzaamheid is beter dan vlees-offers. Doen wat Hij zegt is beter dan geofferd schapenvet.

23. Luister goed: ongehoorzaamheid is [ net zo erg als ] toverij. Eigenwijsheid is [ net zo erg als ] het aanbidden van afgoden. Omdat u het bevel van de Heer aan de kant heeft geschoven, heeft de Heer ú aan de kant geschoven. U zal niet langer koning zijn."

24. Toen zei Saul tegen Samuel: "Ik geef toe dat ik verkeerd gedaan heb. Ik heb niet gedaan wat de Heer gezegd had. Maar ik was bang voor mijn mannen. Daarom heb ik gedaan wat ze vroegen.

25. Vergeef me alstublieft wat ik verkeerd heb gedaan. Ga met me mee terug, dan zal ik me voor de Heer neerbuigen."

26. Maar Samuel antwoordde: "Ik zal niet met u mee teruggaan. Want u heeft het woord van de Heer aan de kant geschoven. Daarom heeft de Heer ú aan de kant geschoven. U zal niet langer koning van Israël zijn."

27. Samuel draaide zich om en liep weg. Saul greep hem nog net bij de punt van zijn mantel, maar die scheurde af.

28. Toen zei Samuel tegen hem: "De Heer heeft vandaag het koningschap van u afgescheurd. Hij heeft het gegeven aan iemand die het meer waard is dan u.