BasisBijbel

1 Kronieken 4:2-7 BasisBijbel (BB)

2. Sobals zoon Reaja kreeg een zoon: Jahat. Jahat kreeg zonen: Ahumai en Lahad. Deze families werden de Zoratieten genoemd.

3. Hur was de oudste zoon van Juda en Efrata. Hij kreeg zonen: Etam en Betlehem. De zonen van Etam waren: Jizreël, Jisma en Jidbas. Hun zus heette Hazzelelponi.

4. Verder Pnuël (die vader werd van Gedor) en Ezer (die vader werd van Husa).

5. Ashur, de zoon van Hezron (die vader werd van Tekoa) had twee vrouwen: Hela en Naära.

6. Naära kreeg zonen: Ahuzzam, Hefer, en de voorvaders van de families van Temen en de Haähastari. Dit zijn de zonen van Naära.

7. En de zonen van Hela waren: Zeret, Zohar en Etnan.