BasisBijbel

1 Korintiërs 11:2-11 BasisBijbel (BB)

2. Ik ben erg blij dat jullie nog alles weten wat ik heb gezegd en dat jullie alles doen wat ik jullie heb geleerd.

3. Maar ik wil dat jullie [ ook ] het volgende goed onthouden: Christus is het hoofd van iedere man, en iedere man is het hoofd van zijn vrouw. En God is het Hoofd van Christus.

4. Als een man [ in de bijeenkomst van de gemeente ] bidt of profeteert met een doek om zijn hoofd, heeft hij geen respect voor zijn Hoofd [ (= Christus) ].

5. En als een vrouw bidt of profeteert zónder hoofddoek om haar hoofd, heeft ze geen respect voor haar hoofd [ (= haar man) ]. Als een vrouw geen hoofddoek om heeft, is dat net zo erg als wanneer ze kort haar heeft [ zoals een hoer ].

6. Want als een vrouw geen hoofddoek omdoet, kan ze net zo goed haar haren kort laten knippen. Maar als het een schande is voor een vrouw om kort haar te hebben, dan moet ze een hoofddoek omdoen.

7. Maar een man moet [ in de bijeenkomst van de gemeente ] geen doek om zijn hoofd doen: hij is de afbeelding van God. Hij vertegenwoordigt God. Maar de vrouw vertegenwoordigt haar man.

8. Want de man is niet uit de vrouw gemaakt, maar de vrouw is uit de man gemaakt.

9. De man is niet gemaakt als hulp voor de vrouw, maar de vrouw is gemaakt als hulp voor de man.

10. Daarom moet de vrouw [ in de bijeenkomst van de gemeente ] haar hoofd bedekken. Dat laat zien dat ze respect heeft voor het gezag van haar man. Net zoals de engelen hun respect laten zien voor het gezag van God.

11. En toch kan in [ het plan van ] de Heer een man niet zonder zijn vrouw, en een vrouw kan niet zonder haar man.