BasisBijbel

1 Koningen 22:36-46 BasisBijbel (BB)

36. Tegen zonsondergang klonk er een kreet door het leger: "Iedereen terug naar huis!"

37. Zo stierf de koning en hij werd dood naar Samaria gebracht. Daar werd hij begraven.

38. Toen ze de wagen schoonspoelden bij de vijver van Samaria, likten de honden zijn bloed op terwijl de hoeren zich bij de vijver stonden te wassen. Dat was precies wat de Heer had gezegd.

39. De rest van wat Achab allemaal heeft gedaan, het ivoren huis dat hij heeft gebouwd en alle steden die hij heeft gebouwd, staat allemaal opgeschreven in de boeken met de geschiedenis van de koningen van Israël.

40. Achab stierf en zijn zoon Ahazia werd na hem koning van Israël.

41. Toen Achab vier jaar koning van Israël was, werd Josafat, de zoon van Asa, koning van Juda.

42. Josafat was 35 jaar toen hij koning werd. Hij regeerde 25 jaar in Jeruzalem. Zijn moeder heette Azuba en was een dochter van Silchi.

43. Hij leefde op dezelfde manier als zijn vader Asa. Hij leefde zoals de Heer het wil.

44. Alleen liet hij de altaren van de afgoden niet afbreken. Het volk offerde daar nog steeds.

45. Josafat sloot vrede met de koning van Israël.

46. De rest van wat Josafat allemaal heeft gedaan, met zijn dappere daden en de oorlogen die hij heeft gevoerd, staat allemaal opgeschreven in de boeken met de geschiedenis van de koningen van Juda.