1. Ik ben een narcis van Saron,een lelie der dalen.
2. – Als een lelie tussen de distelenzo is mijn liefste onder de jonge meisjes.
3. – Als een appelboom onder de bomen des wouds,zo is mijn geliefde onder de jonge mannen.In zijn schaduw begeer ik te zittenen zoet is zijn vrucht voor mijn verhemelte.