12. Ik bedoel dit, dat ieder uwer zijn leus heeft: Ik ben van Paulus! En ík van Apollos! En ík van Kefas! En ík van Christus!
13. Is Christus gedeeld? Is Paulus dan voor u gekruisigd, of zijt gij in de naam van Paulus gedoopt?
14. Ik ben dankbaar, dat ik niemand uwer gedoopt heb dan Crispus en Gajus;
15. zodat niemand kan zeggen, dat gij in mijn naam gedoopt zijt.