47. Maar pas [ zijn zoon ] Salomo bouwde die tempel.
48. Maar de Allerhoogste God woont niet in een tempel die door mensen is gemaakt. Dat zegt de profeet [ Jesaja ]:
49. 'De hemel is mijn troon en de aarde is mijn voetenbankje. Hoe zou iemand dan voor Mij een huis kunnen bouwen, een huis waarin Ik kan wonen?